Het is deze periode historisch droog in Nederland. Een logische gedachte is dan om bomen en planten meer water te gaan geven. Dit blijkt echter niet altijd even effectief, vooral als groeiplaatsen al uitgedroogd zijn. Sinds begin dit jaar meet ConnectedGreen het bodemvochtpercentage in meer dan 40 projecten verspreid door het land. In de meetgegevens zijn duidelijke patronen zichtbaar, de conclusies hiervan zijn op zich niet zo verrassend:
-
Zanderige groeiplaatsen drogen sneller uit
-
Groeiplaatsen met klei en veen houden vocht veel beter vast
Wat wel verrassend is om te zien, is hoe klein het effect van (grote) watergiften is. Het is duidelijk waarneembaar hoe zanderige groeiplaatsen uitdrogen en daardoor hun vermogen verliezen om water op te nemen. Ondanks regelmatige watergiften, daalt het bodemvocht in deze groeiplaatsen continu. Het is duidelijk te zien dat het vochtpercentage in 3 tot 5 dagen na een watergift al lager staat dan voor de watergift. Het water zakt steeds sneller weg naarmate het zand droger is. Bij groeiplaatsen met meer klei of veen is duidelijk te zien dat de lange termijn trend minder steil naar beneden loopt. Het effect van de watergiften blijft langer zichtbaar.
Onderstaande grafieken geven vochtpercentages weer die op alle plaatsen gemeten zijn op 30cm diepte net buiten de kluit. De pieken die zichtbaar zijn in de grafieken, zijn watergiften tussen 100 liter en 200 liter per keer.
Grafieken (Bomen)zand
Groeiplaats in Ermelo, bomenzand op zanderige ondergrond. Ondanks de watergiften, blijft de trend sterk dalend. In ruim een maand tijd is het bodemvocht gehalte met meer dan 60% gedaald.